Bodegraven Kaasmarkt
Ansichtkaart Bodegraven Kaasmarkt
Categorie: Zuid-holland > Bodegraven
Conditie: Gebruikt
Periode: Voor 1920
8,50
Verkoop door KVR
G.J.J. van Velzen schreef op 01-05-2024 Gemiddelde score: Totale score: 9 sterren
Mijn peetoom had hier op de foto kunnen staan vanaf WO 2 Ben zelf geboren in hartje Bodegraven naast het oude gemeentehuis in de Van Tolstraat 10. Mijn vader had een winkel van Sinkel. D.w.z. alles op huishoudelijk gebied, landbouwartikelen, speelgoed, een beetje luxe artikelen (ringetjes en armbandjes). En ook vis artikelen, bamboehengels aan één stuk. kerstartikelen en vuurwerk. Voor dat laatste ben ik nog eens een week geschorst op de middelbare school in Gouda toen ik dat vanuit mijn broodtrommeltje aan medeleerlingen verkocht. M'n vader was nog een soort marskramer die de eerste jaren aan het begin van de herfst de boeren aan beide zijden van de Oude Rijn langs ging met takkenbossen bezems (van wilgentenen), kop- en spantouwen waar de boeren hun vee mee konden vastzetten in de stal e.d. Kort na de oorlog werd nog heel veel op rekening verkocht. De meeste mensen hadden niet veel geld, een kleine elite uitgezonderd. Zo deelde mijn vader de schaarste met de mensen in het dorp. Al bleven veel rekeningen onbetaald. Daarom mocht / moest ik 's zaterdags rekeningen lopen. Dan kwam ik bij de financieel zwakste mede bewoners terecht. Er waren er bij waar ik elke week een gulden mocht komen halen (terwijl de rekening bijv. zo'n f 45, - bedroeg. Dus dat schoot niet echt op.
Mijn peetoom had een boerderij vlak bij de Wierickerschans, een fort op zo'n 2,5 km van Bodegraven, behorend tot de oude Hollandse waterlinie. Die liep midden door Het Groene Hart. Hij had een gemengd bedrijf. D.w.z. maximaal zo'n 25-30 -tal koeien, 40 of 50 varkens, een paar schapen en wat kippen. De koeien moesten nog met de hand gemolken worden. Daarnaast een boomgaard met hoogstambomen Mijn oom pachtte de boerderij. Dus het was bepaald geen vetpot.
Als kind kwam ik vaak op de boerderij en ging soms mee als er gemolken moest worden. Met de hooibouw (het binnenhalen van het gedroogde gras op het land mocht ik soms boven op de volle hooiwagen mee, bovenop ging een boom waar ik me aan vast kon houden. Als het paard met de hooiwagen over de smalle bruggetjes ging was dat wel een beetje griezelig.
Mijn oom is al weer zo'n 12 jaar geleden overleden. Hij vertelde me dat hij de A12 nog had zien aanleggen. Daarvoor kon hij vanaf de Rijndijk tot aan de Reeuwijkse Hout lopen over zijn eigen land. Een afstand van een kleine 4 km.
ergens achter op z'n land wat door de doorsnijding van de A12 en dus na een ruilverkaveling in 4 gelijke delen was verbreed bevonden zich een paar bosjes.
Ik vroeg hem eens waarom die zich daar bevonden? Dat kwam zo zei hij omdat daar de dode dieren werden begraven. Daarna kwam m'n oom niet meer op dergelijke plekken. Zodoende konden er bosjes ontstaan. Ik zal nog eens goed kijken wanneer ik met de trein ga of ik die er nog zijn?
Toen de Duitsers begin in mei '40 over de Rijndijk langs zijn boerderij kwamen zou m'n oom gezegd hebben: "Mond en klauwzeer" om te voorkomen dat de Duitsers zich op zijn boerderij zouden vestigen. Het heeft niet geholpen. Ze kwamen wel degelijk bij hem ingekwartierd. Dat was geen pretje. Kort daarvoor had de plaatselijk fietsenmaker mijn oom gevraagd of hij een aantal nieuwe fietsen op een zolder op de boerderij wilden onderbrengen? Dit om het inpikken daarvan door de Duitsers te voorkomen. Mijn oom vertelde dat de Duitsers op een 'kwaaie dag" toch die zolder op wilden om te kijken wat zich daar bevond. Mijn oom schijnt toen een hele rare toer te hebben gemaakt om dat te voorkomen, waardoor hij de aandacht wist af te leiden. Aan het eind van de oorlog stond hij voor de boerderij met een Nederlandse vlag in zijn hand en probeerde een afdruipende Duitser hem met een pistool te dwingen om die vlag af te geven. Volgens eigen zeggen gaf hij de vlag niet af. Wat er van waar is weet ik niet. Maar het zijn wel dit soort verhalen die me bij het naderen van 4 mei weer bij me boven komen.
.
Samen met z'n vrouw maakten ze kaas. Op marktdagen mocht ik weleens mee bovenop de brik met kazen. Vooral het geluid van de ratelende wielen op de klinkers met het geklepper van de paardenhoeven op de klinkerwegen behoorde tot het mooiste geluid uit m'n jeugd.